Geloof maar niet dat Herman Brusselmans u met 'Een dag in Gent' een rondleiding in de stad aanbiedt. 'Uiteindelijk gaat ook deze roman over de ontzettende lulligheid van het leven. Is het nu nog niet duidelijk dat ik maar één boek kan schrijven?'
Ik heb mijn jonge meisjes met wie ik koffie drink. Geen seks, geen gedoe, gewoon gezellig samen zijn en praten
Met Toos, zijn vorige roman, nam Herman Brusselmans (50) afscheid van Danny Muggepuut, maar niet van zijn cynische schrijfstijl. Een dag in Gent baadt in de vertrouwde wrange en provocerende humor. En dat terwijl Brusselmans na zijn laatste uitje met Danny Muggepuut beloofde dat zijn volgende 'iets fleurigs' zou worden.
'Ik zou woorden als fleurig beter niet gebruiken want dat laat-maar-waaien-achtige zit toch niet in mij. Ik kan haast niet anders dan een personage te creëren dat door de wereld strompelt.'
En dit keer is de man die een dag lang door Gent stuitert Herman Brusselmans zelf?
Herman Brusselmans: 'Na de trilogie rond Danny Muggepuut die in de hij-vorm is geschreven, had ik zin weer te vertellen vanuit een ik-figuur. Je zou kunnen zeggen dat het over mezelf gaat, maar ik gebruik de werkelijkheid slechts als ruw materiaal dat ik naar eigen goeddunken manipuleer. Neem nu het uur waarop deze dag in Gent begint. Mijn ik-figuur stapt om negen uur de deur uit, maar wie mij kent weet dat ik pas om twee uur 's middags opsta en niet aanspreekbaar ben voor drie uur. Ik was evenwel verplicht de man vroeg uit zijn nest te jagen, want je kunt iemand bijvoorbeeld niet in het holst van de nacht naar de horlogewinkel sturen.'
Nog meer dan je andere romans gaat dit boek over de futiliteit van het bestaan.
'Het is al lulligheid wat de klok slaat. In dit rotverwende Vlaanderen waar je je niet hoeft af te vragen of je 's avonds iets te eten zult hebben, kun je niet anders dan een lullig leven te leiden.'
Zou je het liever anders hebben?
'Absoluut niet. Mijn leven is er een van gezonde sleur. Ik heb geen boodschap aan kicks of verrassingen achter elke straathoek. Laat mij maar al strompelend mijn plan trekken. Als ik nog een kick heb in mijn leven, dan is dat simpelweg het schrijven. Op een tekst broeden en die dan op een nacht goed op papier krijgen, dat pompt nog altijd adrenaline door mijn lijf. Maar voorts... kicks? Niet mijn minivoetbalploeg, want we spelen tegen andere ploegjes uit Gent en niet tegen de nationale elf van Brazilië. Ook uit het motorrijden haal ik geen kicks meer. Dat loeihard door de bochten scheuren heb ik afgezworen. Tegen 230 per uur over de weg racen is gewoonweg gevaarlijk.'
De lulligheid zit 'm ook sterk in hoe je met je zinnen speelt. Het begint al bij de openingszin: 'Ik werd wakker doordat m'n ogen opengingen.'
'En over die zin laat ik mijn personages verder in het boek discussiëren. Dat is mijn manier om de literatuur te gebruiken en een spelletje te spelen met de tekst én de lezer. Sommige lezers kunnen daar niet tegen en zien de literatuur liever als iets wat naast hen staat. Een verhaal waar ze part noch deel aan hebben en waarin ze zich kunnen inleven. Ik zeg tegen mijn lezers: kom binnen in mijn verhaal, pak een stoel en laten we eens een beetje zeveren. Naar vorm en inhoud is dat wel de ultieme lulligheid.'
Verwachten de lezers dat ondertussen niet van jou?
'Tja, ik doe dit dan ook al heel lang. In het begin timmer je aan een stijl waardoor het publiek zich realiseert: aha, die kerel schrijft zo. Maar uiteindelijk is iedereen een one trick poney, je kunt één ding goed. Neem nu mijn eerste boek Het zinneloze zeilen. Eigenlijk zit alles er al in. Waarom ik dan niet eens iets anders schrijf, vragen mensen me. Al wat je kunt bedenken heb ik al geprobeerd, van serieuze essays tot thrillers, maar ik kan dat niet. Ik ben beperkt, maar binnen die beperking kan ik veel aan.'
Zou een autobiografie niet het overbodigste boek zijn dat jij kunt schrijven?
'Omdat ik al zoveel over mezelf heb prijsgegeven in mijn boeken? Ik denk dat mensen zich daar een beetje op verkijken. Oké, ik heb al duizend keer gezegd dat ik mijn vrouw graag zie en dat ik met mijn hond Eddie ga wandelen, maar meer zou ik in een dagboek bijvoorbeeld niet te vertellen hebben, gezien ik mijn privéleven nooit aan het papier zal toevertrouwen. Ik kan rustig schrijven Ik heb mijn vrouw vandaag drie keer achterwaarts in de poes genaaid. Dat is pure stilistiek. Over hoe ik werkelijk de liefde bedrijf met Tania, zal ik nooit iets vertellen. Daarvoor is mijn schroom en preutsheid te groot, ook al zou je dat niet vermoeden als je mijn boeken leest. Als kleine jongen ging ik met school naar zee en daar liep ik dan met mijn marcelleke en sokken aan omdat ik het vertikte me in zwembroek te vertonen. Denk dus maar niet dat ik heel mijn huishouden op straat gooi.'
En daarom zet je je gsm-nummer in je boek?
(Lacht) 'Een nummer dat niet bestaat uiteraard, maar mensen zullen het natuurlijk draaien, net zoals ze hebben geprobeerd me te mailen toen ik een nep mailadres in een boek zette. Ik heb er niet echt behoefte aan dat mensen mij bellen of mailen. Op straat word ik wel eens aangesproken, maar dat blijft allemaal erg bescheiden. Ik ben Michael Jackson niet.'
Hoe zit het met de vrouwelijke aandacht die jou in 'Een dag in Gent' rijkelijk te beurt valt?
'Ik heb een unieke relatie met Tania die onaantastbaar, trouw en monogaam is. Dat neemt niet weg dat ik met periodes koffiemeisjes heb. Dat zijn jonge meisjes met wie ik koffie drink. Geen seks, geen gedoe, gewoon gezellig samen zijn en praten. Ik hou nu eenmaal van het gezelschap van vrouwen, in de eerste plaats mijn eigen vrouw. Tania weet uiteraard van mijn koffiemeisjes en heeft er geen probleem mee, het is totaal onschuldig. Noem het maar een hobby.'
Hoe kom je aan die koffiemeisjes?
'Doorgaans via via. Iemands zus, nicht, buurmeisje. Het kan net zo goed iemand zijn die ik op café tegenkom of via het minivoetbal. Vaak heb ik zo'n koffiemeisje een hele tijd, maar dan trouwt of verhuist ze en zit ik weer even zonder.'
Waarover hebben jullie het dan zoal?
'Ik hoor graag hun verhaal. Wie ze zijn, wie hun familie is, welke hun plannen zijn. Kortom, hoe is het een meisje van twintig te zijn anno 2008? Soms levert dat iets op voor mijn boeken, maar ik zoek hen niet met de bedoeling over hen te schrijven. Ik ben niet het soort schrijver dat drie weken onder een brug slaapt om een roman te schrijven over daklozen.'
En hoe is twintig zijn nu?
'Niet echt anders dan dertig jaar geleden. Oké, zij hebben Facebook, skype en iPhones, maar daarnaast blijven de interesses dezelfde: studie, job, uitgaan, liefjes, kleren...'
Over kleren gesproken: ben jij zo'n merkbewust mens als in het boek?
'Het klopt dat ik drie horloges heb die ik altijd in de BSP-volgorde draag. Boss, Seiko en Pontiac. Vandaag heb ik trouwens de Boss om. Ik hou nu eenmaal van mooie dingen en merken. Kijk, mijn broek is Dior, mijn schoenen A.F. Vandevorst en mijn T-shirt Prada. Tania koopt al mijn kleren en ze krijgt ze voor een prijsje omdat ze in de mode zit. Ik overdrijf ook niet. Eigenlijk heb ik maar één folieke gedaan. Voor Tania heb ik een Porsche Carrera gekocht.'
Cadeautje van de 'ouwe lul' zoals je jezelf telkens weer noemt in 'Een dag in Gent'?
'Ik voel me ook oud. Twee jaar geleden heb ik ballonnetjes in mijn aderen laten stoppen en dat had toen alles te maken met het roken. Die stents zijn nog altijd in orde, maar nu heb ik weer pijn in mijn benen. Dat is niet normaal op je vijftigste. (Zucht) En ja, ik zou echt wel eens moeten stoppen met roken, maar ik heb het al honderd keer geprobeerd.'
Jaren geleden lukte stoppen met drinken wél.
'Ja, maar aan roken hou je geen kater over. Ik was het opstaan met koppijn beu. Pas op, geen verkeerd woord over de drank, hé. Mijn drankperiode was een heerlijke tijd. In een café om 4uur 's nachts grieten versieren... fantastisch! Ik zou jonge mensen aanraden tien jaar te zuipen en à volonté drugs te nemen, maar ermee te stoppen zodra hun lichaam zegt dat het te veel is.'
Wie zal er voor je zorgen als je oud en ziekelijk bent?
'Tania natuurlijk. Ze is zeven jaar jonger dan ik en zo sterk dat ze vast honderd wordt. Bovendien vindt ze me de beste schrijver ter wereld en de knapste man die er bestaat.' (grijnst)
Geen spijt dat je geen kinderen hebt?
'Noch Tania, noch ik wil kinderen. De meeste kinderen zijn etterbakjes, vervelend en egoïstisch. Laat een kind van vijf hier tien minuten los en die cimbalen smakken tegen de grond, mijn sigaretten zullen over de hele kamer verspreid liggen, op de muren staan chocohanden en dan hebben ze wellicht nog hun cola over hun hoofd gegoten ook. Nee, bedankt.'
Je noemt kinderen in je boek de ondergang van de maatschappij.
'Het grut van vandaag zijn de dictators, oorlogsstokers en crapuul van morgen. Ik weet het, dat is overdreven want de nieuwe Mozart zit er natuurlijk ook tussen.'
En de nieuwe Brusselmans.
'Laat dat maar zo! Trouwens, als Tania mijn rolstoel niet kan voortduwen op mijn 80ste, dan krijg ik misschien wel hulp van de koffiemeisjes. Ze mogen wel iets terugdoen voor hun koffie.' (brede grijns)
Verberg tekst